Wedstrijdinfo voor beginners

Binnenkort van plan om deel te nemen aan een wedstrijd maar geen idee hoe je dat doet? Hieronder vind je alle info!

Wedstrijdinfo voor kangoeroes en benjamins

Om deel te nemen aan wedstrijden hebben kangoeroes en benjamins het volgende nodig

• Een ‘atletiekpaspoort’ met daarin het startnummer van de atleet. Ook kangoeroes krijgen vanaf nu een startnummer.
• Een blanco nummer met pochette: deze dient om aan een wedstrijd mee te doen.

Je persoonlijk borstnummer (vanaf pupil)

Na je inschrijving bij onze club, ontvang je je persoonlijk Belgisch startnummer van de secretaris of van je trainer. Dit borstnummer is geldig voor een volledig seizoen en moet je altijd bij je hebben als je aan een wedstrijd wil deelnemen. Het is daarom verstandig om je borstnummer steeds in je sportzak bij je wedstrijdtruitje te houden. Mocht je ooit op een wedstrijd aankomen en je startnummer niet bij hebben, dan kan je op het wedstrijdsecretariaat een vervangnummer krijgen. Dit nummer is ENKEL geldig op die welbepaalde wedstrijd.  Mocht je toch ooit je nummer verliezen, moet je zo snel mogelijk de de secretaris verwittigen. Hij zal dan voor een nieuw nummer zorgen.

Je draagt je borstnummer steeds vooraan op je wedstrijdtruitje bij loopnummers. Bij spring- en werpnummers draag je je nummer vooraan of achteraan.

Inschrijvingen op veldlopen of pistewedstrijden

Bij veldlopen komt er nog wat extra bij kijken. Bij het begin van het winterseizoen zal je trainer je zeggen aan welke veldloopwedstrijden we in clubverband deelnemen. We raden je aan om vooral die wedstrijden te lopen. Voor elke veldloop heb je een veldloopkaartje/crosskaartje nodig (zie hieronder). Dit kaartje moet je ingevuld achter je borstnummer vastspelden om de wedstrijd te mogen starten. Bij het overschrijden van de aankomstlijn wordt dit kaartje door de juryleden losgemaakt om jouw prestatie in de uitslag op te nemen.

Voor de pistewedstrijd of indoorwedstrijd is er geen extra crosskaartje nodig. Op elke pistemeeting is er namelijk een wedstrijdsecretariaat. Daar moet je zelf zorgen voor je eigen inschrijving. Per proef waaraan je wil deelnemen moet je afzonderlijk een wedstrijdkaartje (zie hieronder) invullen en op het wedstrijdsecretariaat achterlaten. De jongens vullen een wit kaartje in, de meisjes een roze. Op de meeste meetings vraagt men een kleine vergoeding (tussen 1 en 2 euro) als inschrijvingsgeld per kaartje.  Als je voldoende wedstrijden meeloopt, verdien je dat inschrijvingsgeld meer dan terug via onze jongerentrofee (tot en met miniem) of het Level-Up Systeem (vanaf cadet).

Wat moet je nu op zo een wedstrijdkaartje invullen?

1. je startnummer (enkel je startnummer van het huidige seizoen is geldig)
2. de proef waaraan je deelneemt (80m, ver, 60h, kogel, 1500m, etc.)
3. je categorie (benjamin, miniem, cadet, junior, etc.)
4. je naam, voornaam en geboortejaar
5. de afkorting van onze clubnaam: RCT

Je vult het kaartje dus volledig in, betaalt het inschrijvingsgeld en geeft het daarna af aan iemand van het wedstrijdsecretariaat.  Probeer zeker steeds een uur voor de start van je proef op de wedstrijd aanwezig te zijn om jezelf goed op te warmen. Om blessures te voorkomen, volg je de opwarming die je trainer voor je opgesteld heeft. Het opwarmen (voor) en uitlopen (na), zijn zelfs nog belangrijker dan de wedstrijd zelf.  De resultaten van een veldloop, pistemeeting of indoormeeting zijn te verkrijgen op het wedstrijdsecretariaat of op de site van de organiserende club.

Wat neem je mee naar een wedstrijd?

1. Wedstrijdtruitje van de club + startnummer (zonder een clubtruitje mag je in principe niet starten)
2. Een T-shirt om onder je singlet te dragen bij koud weer (bij veldloopwedstrijden)
3. Veiligheidsspelden en balpen om je inschrijvingskaartje in te vullen
4. Spikes met pinnen:
   • van 6mm voor pistewedstrijden en indoorwedstrijden
   • van 9mm en/of 12mm voor veldloopwedstrijden
5. (Club)sweater of -training (voor je opwarming en het uitlopen)
6. Regenkledij (KW)
7. Douchegerief voor na de wedstrijd: handdoek, washandje, zeep.
8. Reservekledij:ondergoed en droge kleren
9. Paar sokken (1 paar voor de wedstrijd zelf en 1 paar voor erna)
10. Paar schoenen of pantoffels voor na de wedstrijd
11. Wit crosskaartje als je aan een veldloop meedoet.

BELANGRIJKE NOTA:
Als ouders zorg je ervoor dat het singlet, de sweater, de training en de sporttas getekend zijn zodat eventueel achter gebleven materiaal makkelijk herkend kan worden.